Deze drie armbanden uit de jaren 1940 zijn toch gewoon geweldig? De grote hoog cabochon geslepen edelstenen zorgen voor een zeer geraffineerde uitstraling.
De bovenste gouden armband heeft ovale open schakels, bezet met vijf hoog cabochon geslepen chrysoprasen, of groene chalcedoon, gezet in goud. De mooie groene kleur in deze enigszins transparante steen is te danken aan sporen van nikkel. De hardheid en de opvallende kleur maken deze edelsteen geliefd.
De middelste armband is een Franse, uit dezelfde tijd en gemaakt van achttien karaats goud. De ovale schakels zijn gefacetteerd en afgewisseld met vijf hoog cabochongeslepen carneolen. Carneool is de oranje variant van chalcedoon, waarvan de kleur kan variƫren van bijna geel tot bijna rood, door sporen van ijzeroxide. Carneool is altijd licht doorschijnend. De exemplaren in deze armband zijn prachtig rijk van kleur.
De derde band is een veertien-karaats gouden armband met lapis lazuli, eveneens uit de jaren 1940. Ronde, platte lapis lazuli schijven worden afgewisseld met hoog cabochon geslepen exemplaren, verbonden door ovale, geribde gouden schakels. Lapis lazuli is een ondoorzichtige edelsteen met een intens blauwe kleur. De steen bestaat uit verschillende mineralen, waarvan lazuriet de blauwe kleur geeft. Lapis was al zeer populair in het oude Egypte. Vanaf de 13e eeuw importeerden de Venetianen de blauwe halfedelsteen om er pigment uit te halen. Als edelsteen zijn vooral de diepblauwe stenen gewild, bij voorkeur lichtgoud gespikkeld met pyriet ("gouden glitter"), zoals gebruikt in deze armband.