Hollandse zilveren visscheppen behoren tot het rijkst bewerkte schepwerk, met een grote verscheidenheid aan ornamenten. Vanuit praktisch oogpunt is de bak van de schep altijd opengewerkt, zodat het vocht van de geserveerde vis niet op het bord terechtkomt. Er zijn visscheppen met één vis, twee vissen en, zoals bij het exemplaar hier van Dirk van Gameren, drie vissen.
Zeldzaam zijn de visscheppen waarvan de opengewerkte versiering geheel volgens de laatste mode is ontworpen, zoals bij het exemplaar van Valentijn Casper Bömcke. Hier bestaat de opengewerkte schep volledig uit rocaille-ornamenten, die prachtig gegraveerd zijn. De visschep van Hendrik Swierinck is ook volledig in Lodewijk XV-stijl versierd met bloem- en bladmotieven. Aan het uiteinde van alle drie de stelen zit een gegoten ornament, in rocaillevorm of symmetrisch met een lambrequin en een kwastje.
Visschep met drie vissen: gemaakt door Dirk van Gameren in Utrecht, 1750
Visschep met rocaille ornamenten: gemaakt door Valentijn Caspar Bömcke in Amsterdam, 1762
Visschep met bloemdecoratie: gemaakt door Hendrik Swierinck in Amsterdam, 1770